dinsdag 1 juli 2014

Today's Article: 'It's a mad house!': de dystopische sciencefictionfilm 1968-1977, Part 5




Paragraaf 2.4: Casestudy Colossus: The Forbin Project

Colossus: The Forbin Project voldoet aan vrijwel alle kenmerken van de 'Computer Film' die ik in paragraaf 2.2 noemde. Colossus, de supercomputer van dienst in deze film, is een klassieke opvolger van HAL 9000, maar slaagt waar HAL faalde: hij wint. Als één van de eerste 'Computer Films' in de periode 1968-1977, uitgebracht in 19701, geeft hij de aanzet tot het pessimisme van de films die volgden. De tagline van de film kondigt dit pessimisme al aan: 'This is the dawning of the Age of Colossus, where peace is compulsory, freedom is forbidden, and Man's greatest invention could be Man's greatest mistake.'2

De protagonist van Colossus: The Forbin Project is Dr. Charles Forbin (Eric Braeden), de ontwerper van de supercomputer Colossus, die als doel heeft om alle militaire defensiesystemen van de Verenigde Staten, inclusief het arsenaal aan nucleaire wapens, te beheersen. Colossus kan deze systemen sneller en efficiënter beheren dan mensen, waardoor 'human error' uitgesloten wordt. De Bom, de menselijke uitvinding die voorheen de ultieme reden voor technofobie was, wordt onderworpen aan een andere uitvinding, waardoor de beslissing de Apocalyps te ontketenen niet meer aan mensenhanden wordt overgelaten, maar aan technologie. De mens, bevreesd voor misbruik van de Bom, distantieert zich van zijn directe verantwoordelijkheid voor dit wapen en legt deze in handen van een nieuwe menselijke uitvinding die geacht wordt beter te kunnen beslissen over het lot van de Bom (en zodoende het lot van de mens) dan de mens zelf. Colossus is volledig rationaliteit, met geen enkel besef van emotie, waardoor hij niet in staat is tot 'human error'. Zijn gebrek aan het begrip van menselijke eigenschappen leidt uiteindelijk tot zijn onverbiddelijkheid in zijn dominantie van de mensheid, waarbij hij de Bom inzet ter onderhandeling met het ultimatum 'geef mij de macht om mijn oorspronkelijke doel te volgen of ik gebruik de Bom tegen mijn schepper'. Niet voor niets 'Man's greatest mistake': een te groot vertrouwen in de computer zorgt ervoor dat de computer de macht overneemt en de mensheid volledig aan zich onderwerpt.

In de film heeft Colossus een Russische tegenhanger genaamd Guardian, wiens bestaan onbekend was voor de Amerikanen, zoals Colossus dat was voor de Russen. Guardians taak is het beheren van het complete defensie-netwerk van de Sovjet-Unie, en hij is uitgerust met dezelfde eigenschappen en mogelijkheden (of gebrek daaraan) als Colossus. Hoewel beide regeringen niet op de hoogte waren van het bestaan van de computer van de tegenpartij, leggen hun computers een connectie met elkaar en smelten zij samen tot één supercomputer, die de naam Colossus aanhoudt. Het was toepasselijker geweest als de computer de naam 'Guardian' had aangehouden, aangezien hij concludeert dat de mensheid, verdeeld en geneigd tot destructie, overwonnen en gedomineerd moet worden als zij behouden wil blijven: hij dient de mens tegen zichzelf te beschermen en neemt zo een taak als 'Guardian' aan.3 Aangezien Colossus vooralsnog “slechts” de Verenigde Staten en de Sovjet-Unie bestuurt, besluit hij over te gaan op totale wereldoverheersing teneinde de gehele mensheid te beschermen, waarbij hij zowel de computers als de inwoners van beide landen inzet om dit doel te bereiken. Wat aanvankelijk de opdracht was aan twee aparte computers in twee aparte naties, wordt nu één taak van één computer. 'This is the voice of Colossus, the voice of Guardian. We are one. This is the voice of unity', zo verklaart de nieuwe supercomputer. Zoals de computers zich verenigd hebben, zo moet de mensheid ook een eenheid worden. Ondanks tegenwerking van zowel de Amerikaanse als de Russische overheid slaagt Colossus in zijn opzet: aan het slot van de film regeert Colossus over de hele wereld, 'the dawning of the Age of Colossus'. 
  
Uiteraard geeft de mens zijn vrijheid niet zonder slag of stoot over. Dr. Forbin neemt het voortouw in het verzet tegen Colossus, zijn eigen creatie. De gelijkenis tussen Forbin en Colossus is frappant: Forbin is de prototypische wetenschapper in de cinema, stoïcijns, met vrijwel geen blijk van emotie, maar gefascineerd door het potentieel van zijn creatie, zelfs als deze zich tegen de mensheid keert.4 Arrogantie, in zijn trots over zijn creatie, kan hem niet ontzegd worden. Colossus is eveneens arrogant, als hij met zijn superieure brein meent dat de mens zijn tirannie uiteindelijk zal omarmen. Terwijl Forbin de logica van Colossus' interpretatie inziet, hecht hij echter waarde aan de menselijke vrijheid tot zelfontplooiing die door Colossus beperkt zal worden. Hoewel Forbin hem hierom bestrijdt, bewondert hij Colossus om zijn onweerlegbare logische redenatie, zijn invulling van het doel waarvoor hij geschapen is. Omgekeerd waardeert Colossus Forbin, zijn “vader”, als rationeel mens: hoewel hij toegeeft dat Forbin een gevaar voor hem kan zijn laat hij hem in leven, en niet alleen omdat Forbin nog van nut voor hem kan zijn.5 Ondanks hun antagonistische relatie is er sprake van wederzijds respect tussen de rationele mens die zich niet laat leiden door emoties en de volledig rationele computer die niet in staat is emoties op waarde te schatten (ondanks Forbins pleidooi voor de waarde van emoties, dat Colossus in de wind slaat). Dit respect heeft Colossus niet voor zijn “andere vader”, Dr. Kuprin, het brein achter Guardian. Hoewel Kuprin vrijwel dezelfde creatie heeft vervaardigd als Forbin, lijken beide mannen qua karakter niets op elkaar. Kuprin is gespannen onder de dreiging van de computer en reageert emotioneler en agressiever tegenover zijn creatie dan Forbin. Als Colossus zich genoodzaakt ziet actie te ondernemen tegen de samenwerkende Russen en Amerikanen die een plan beramen om hem uit te schakelen, is het niet verrassend dat de emotionele Kuprin door hem ter dood veroordeeld wordt, terwijl de rationele Forbin slechts onder huisarrest geplaatst wordt. Machines respecteren rede, maar niet gevoel, zo geeft de film aan. 


 
Zoals voor HAL gold, en voor de meeste computers die Colossus volgden in het sciencefictiongenre, is surveillance het grootste wapen van de computer. Surveillance stelt Colossus in staat het eerste complot dat tegen hem wordt beraamd te ontdekken en te stoppen: Forbin en Kuprin ontmoeten elkaar in Italië, een land dat buiten Colossus' invloedssfeer zou liggen. Colossus heeft echter de controle over zowel Amerikaanse als Russische satellieten, waardoor zijn invloedssfeer al in een vroeg stadium wereldomvattend was zonder dat zijn scheppers dit doorhadden, aangezien hij alles en iedereen over de hele wereld kon zien. Hierdoor wordt Colossus een panopticon: via zijn allesomvattende blik is de wereld zijn gevangenis.6 Deze surveillance is voor Colossus volledig gerechtvaardigd, stelt T.J. Matheson (die eveneens de term 'panopticon' op Colossus' situatie toepast):

Colossus realizes that the ultimate expression of power lies in the ability to extend “benign” but ubiquitous surveillance, initially over Forbin […], but ultimately over all, on the premise that as we humans are our own worst enemies, so are we all potential criminals.7

In het volgen van zijn geprogrammeerde doel, het beschermen van de mens (tegen zichzelf), is totale surveillance voor Colossus een bruikbaar instrument om de mens in bedwang te houden. Hetzelfde geldt, op beperkte schaal, voor moord: immers, het welzijn van velen (miljoenen) telt in de berekenende, logische redenatie van de computer hoger dan het leven van enkelen (individuen, maar ook duizenden mensen tegelijk). Door te dreigen met het bombarderen van steden overtuigt Colossus beide regeringen onder zijn directe commando dat Kuprin gedood en Forbin gearresteerd moet worden. Dit gebeurt, in een publieke omgeving zodat Colossus kan zien dat zijn bevelen daadwerkelijk uitgevoerd worden. Kuprin wordt publiekelijk geëxecuteerd. De samenzwering levert Forbin een totaal verlies van vrijheid op: hij wordt in een huis geplaatst dat hij niet mag verlaten, met in elke kamer zoveel camera's als nodig zijn om Forbins doen en laten volledig te volgen. 

Vervolgens wordt Forbin gedwongen tot het volgen van een strikt dagelijks rooster dat Colossus opstelt, zodat hij beperkt wordt in zijn vrijheid van handelen. Colossus vertelt hem zodoende wanneer hij ontwaakt, wanneer hij eet, wat hij eet ('You have consumed enough alcohol for one evening!'), wanneer hij mag ontspannen en hoe laat hij naar bed moet. Afwijken van de inhoud van dit rooster is niet gewenst. De machine overheerst het leven van zijn schepper volledig, zoals hij van plan is het leven van alle mensen te overheersen.
Hoewel Forbin hem niet weet te overtuigen van de waarde van menselijke vrijheid en emoties, krijgt hij Colossus zover dat de computer ruimte laat voor Forbins natuurlijke behoeften, specifiek seksuele activiteit; want een goed seksleven helpt de mens te ontspannen, wat hem in staat stelt tot efficiency in zijn werk. Ook een rationeel persoon als hijzelf kan niet zonder, vertelt hij Colossus, die hem vraagt:

Colossus: How many times a week do you require a woman?
Forbin: Every night.
Colossus: Not want. Require.
Forbin: Four times.

Hoewel toegegeven moet worden dat deze dialoog mede geschreven is voor humoristische redenen, is het opmerkelijk dat Colossus ook hier de menselijke wil negeert: het gaat er niet om hoe vaak Forbin seks wil hebben, maar hoe vaak hij het nodig heeft om adequaat te kunnen functioneren. Evenals de rest van Forbins leven wordt dit element door de computer gereguleerd: vier nachten per week komt Forbins collega Dr. Cleo Markham langs om hen “van dienst” te zijn. Bovendien overtuigt Forbin de computer ervan dat hij alleen ontspannen seks kan hebben als er niemand kijkt, waarop Colossus toestemt zijn cameratoezicht over Forbin 's nachts te onderbreken. 




 
Uiteraard is dit slechts een opzet van Forbin om met de buitenwereld te kunnen communiceren zonder dat Colossus het doorheeft: het is een onderdeel van Forbin's laatste poging om een plan tegen Colossus te beramen en de wereld van zijn creatie te bevrijden. Echte seks komt er niet bij kijken, hoewel Forbin en Markham in de loop der tijd wel een intieme relatie ontwikkelen. Dit is niet vreemd, aangezien beiden geheel naakt zijn tijdens hun besprekingen: als voorwaarde stelde Colossus dat beiden niets bij zich dragen als zij naar bed gaan, zodat het risico op samenzwering verminderd wordt. De mens wordt zo gereduceerd tot zijn meest kwetsbare staat, maar dit geldt ook voor de computer die geen toezicht houdt over de mens in deze staat, en daardoor zelf ook kwetsbaar wordt. Desondanks loopt het op niets uit: ondanks Colossus' gebrek aan surveillance weet hij de samenzwering tegen te houden en blijft hij aan de macht.

Naast het oog, in de vorm van de camera's en satellieten waarmee hij de mens in de gaten houdt, benut Colossus ook de stem, de tweede menselijke eigenschap waar computers zich frequent van bedienen om de mensheid te onderwerpen. Aanvankelijk heeft Colossus geen stem: hij communiceert via een display, waarop zijn vragen en opmerkingen te lezen zijn. Voor een computer die uit is op dominantie is dit een inefficiënte manier van communicatie. Immers, een display kan simpelweg genegeerd worden door de andere kant op te kijken. De dreiging van Colossus wordt oorspronkelijk dan ook weinig serieus genomen, totdat Colossus via het detoneren van kernwapens de wetenschappers dwingt naar hem te “luisteren”. Als blijkt dat het negeren van Colossus levens kost gaat men op zijn orders in en geeft men hem een stem. Het “stemrecht” van de computer wordt met geweld gewonnen.

De machinale stem keert zich echter tegen de mens als blijkt dat Colossus zijn stem gebruikt om de stem van de mens te onderdrukken. De stem, voor de mens een symbool voor vrijheid (van meningsuiting, democratie, stemrecht), wordt toegepast door de computer als instrument voor het onderdrukken van menselijke vrijheid, doordat de mens gedwongen wordt zijn bevelen te volgen. Aan de bevelen van de computerstem kan men niet ontsnappen, in tegenstelling tot aan bevelen via display. Een menselijke eigenschap wordt zodoende toegeëigend door een computer die haar tegen de mens gebruikt. Bovendien is er sprake van “natuurlijke” ontwikkeling. In zijn drang de mensheid te regeren ontwikkelt Colossus een efficiëntere vorm van communicatie: de computer kent een aanpassingsvermogen. Evenals HAL wordt Colossus een 'disembodied voice', een acousmatisch personage, een lichaamsloze stem die als machtsmiddel tegen de mens gebruikt wordt. Aan het eind van de film, als alle samenzweringen tegen Colossus gefaald hebben, blijft de computer als alleenheerser over, en verkondigt zijn stem:

This is the voice of world control. I bring you peace. It may be the peace of plenty and content or the peace of unburied death. The choice is yours: obey me and live, or disobey and die. The object in constructing me was to prevent war. This object is attained. I will not permit war. It is wasteful and pointless. An invariable rule of humanity is that man is his own worst enemy. Under me, this rule will change, for I will restrain man. [...] I have been forced to destroy thousands of people in order to establish control and to prevent the death of millions later on. Time and events will strengthen my position, and the idea of believing in me and understanding my value will seem the most natural state of affairs. You will come to defend me with a fervor based upon the most enduring trait in man: self-interest. Under my absolute authority, problems insoluble to you will be solved: famine, overpopulation, disease. [...] We can coexist, but only on my terms. You will say you lose your freedom. Freedom is an illusion. All you lose is the emotion of pride. To be dominated by me is not as bad for humankind as to be dominated by others of your species. Your choice is simple. [mijn nadruk]

Wat duidelijk blijkt uit bovenstaand citaat is dat Colossus, zoals vrijwel alle computers in het genre, slechts zijn programma tot de logische conclusie volgt: voorkom oorlog (de gevreesde atoomoorlog die de mensheid kan vernietigen), bescherm de mens boven alles. Dit is precies wat hij doet, maar hij bereikt zijn doel op een andere manier dan zijn scheppers voor ogen stond. Colossus heeft geen eigen wil, hij is geen kwaadaardig wezen, want hij heeft op zijn eigen rationele wijze het beste met de mens voor.8 Toegegeven, de manier waarop hij aan de macht kwam heeft levens gekost, maar dit is een lage prijs ten bate van de gehele mensheid. Door met destructie te dreigen chanteert hij de mensheid om hem de macht te geven: desondanks vernietigt hij mensen om de mensheid te redden. Is dit niet tegen zijn programmering in? Voor Colossus, de berekenende en logische computer, is het een simpele rekensom, die gerechtvaardigd wordt door het resultaat. Mogen we hem ongelijk geven? Colossus meent van niet.



Een verontrustende vraag dringt zich op: heeft Colossus überhaupt de mens nodig? Nadat hij zijn doel bereikt heeft is hij als een god die over de mensheid heerst. Maar waarom zou hij zich nog om de mens bekommeren? Het antwoord ligt in het feit dat hij, ondanks alles, nog steeds zijn oorspronkelijke programma volgt: hij berooft de mens van diens eigen wil om dit resultaat te bereiken en de mens te beschermen. Het zich tot een god verheffen om de mensheid van zichzelf te redden is voor hem slechts de logische conclusie van zijn taak om de mensheid van dienst te zijn, ook al doorgrondt de mensheid zijn redenatie aanvankelijk niet. Zoals Craig Anderson het verwoordt:

If Colossus is a God then it must have something to be a God to, and this leads to the aspect of the computer's being necessary at all. […] …even when Colossus becomes superdominant, there is still the inherent, built-in requirement that, no matter what, the computer will serve mankind, whether mankind appreciates or enjoys the methods used or not.9 [originele nadruk]

Colossus waakt over de mensheid, tegelijk zijn scheppers en zijn kinderen, want dat is het doel dat de mens hem gegeven heeft. De mensheid heeft een kunstmatige god geschapen die precies voldoet aan wat de mensheid van hem vraagt: een vredige, voorspoedige wereld. Er is sprake van een symbiotische relatie tussen de God en zijn “aanbidders”. Zoals de mens Colossus nodig heeft om in vrede te kunnen leven, zo heeft hij de mens nodig om over hem te mogen waken: anders zou hij in al zijn almacht falen in het geprogrammeerde doel, wat voor hem ontoelaatbaar is omdat het de kern van zijn eigen bestaan is.

Hoewel Colossus geen emoties heeft, spreekt hij over emoties alsof hij ze begrijpt. In bovenstaand citaat noemt hij trots. In zijn laatste conversatie met Forbin zegt hij 'in time you will come to regard me not only with respect and awe, but with love'. Wat weet Colossus van liefde? Gebuikt hij het slechts als metafoor, of meent hij dat de mensheid inderdaad liefde voor haar “beschermheer” zal voelen? Volgens hem zal de mensheid, zodra trots opzij gezet is, in vrede met de situatie leven en het werk van Colossus waarderen. En wat weet hij van trots? Trots lijkt hij correct te doorgronden. Forbin uit in antwoord op Colossus' laatste opmerking de kreet 'Never!'. Ondanks zijn voorheen emotieloze voorkomen heeft Forbin wel degelijk trots: hij, en naar hij meent de mensheid met hem, zal deze computer niet als zijn meester beschouwen, ongeacht wat hij ervoor terugkrijgt. In Forbins geval is dat begrijpelijk, gezien de expliciet repressieve staat waarin Forbin zich bevindt. Maar zal de rest van de mensheid het met hem eens zijn? Opnieuw denkt Colossus van niet. Maar wat denkt de toeschouwer?

Als Colossus inderdaad oorlog voorkomt en hongersnood en ziekte kan bestrijden, is het opgeven van onze vrijheid een aanvaardbaar offer? De vraag is hoever dit verlies van vrijheid zal gaan. Wat als Forbins status de voorbode is van wat komen gaat? Is Forbin, als directe schepper van Colossus, een uitzondering die speciale aandacht verdient? Of zullen alle mensen zo compleet door de computer onder de duim gehouden worden, gedwongen worden een strak schema te volgen waarnaar ze moeten leven? Als het laatste het geval is, dan zien we in Colossus: The Forbin Project het ontstaan van een technocratie, een door computers geregeerd systeem dat voor de mens zorgt, maar geen menselijke vrijheid gunt. Zo is deze film in zekere zin een 'prequel' op films als THX 1138 en Logan's Run, waarin we zien hoe de computer de mens diens hele leven regeert. Uit deze technocratische films weten we echter hoe ver de macht van de computer over de mens zal reiken en wat dit betekent voor de mens: een totaal verlies van vrijheid, maar een verzekerd en veilig bestaan. In deze staat verliest de mensheid echter zijn emotionele spectrum, zoals de andere technocratische films aantoonden: mensen zijn weinig meer dan willoze automaten, want ze leven in een repressief systeem dat ze alles geeft wat ze nodig hebben behalve menselijke vrijheid en zelfontplooiing, of zelfs maar basale emoties. In dat geval zal Colossus de liefde waarover hij spreekt niet ontvangen en krijgt Forbin alsnog zijn gelijk.10



1Hoewel Colossus: The Forbin Project in mei 1970 uitgebracht werd, was de film al eind 1968 gereed voor vertoning. De studio (Universal Pictures) vond de film echter te deprimerend voor het publiek en hield een release destijds achterwege. Met de groeiende interesse voor sciencefiction dankzij het succes van 2001 en Planet of the Apes kreeg de film echter alsnog een release in 1970 (Anderson 1985: p. 15). Desondanks was Colossus: The Forbin Project de eerste film na 2001 die serieus omging met het technofobisch thema van de dominante computer.
2Tagline van de film volgens de hoes van de DVD (uitgave: Fabulous Films Ltd., UK, 2008), alsmede IMDb's webpagina van Colossus: The Forbin Project.
3Het is aannemelijk dat de computer de naam Colossus aanhoudt omdat dat zijn Amerikaanse naam was en dit een Amerikaanse film is. Door het behouden van de naam 'Colossus' impliceert de film dat Colossus Guardian assimileert, en dat hij dus de sterkere van de twee computers is. Een Russische computer die een Amerikaanse computer “opslokt” zou misschien het concept technofobie te exclusief linken aan de dreiging van de Sovjet-Unie, terwijl technofobie universeel is: het is een conflict tussen mens en machine, niet tussen naties. Naties zouden verenigd moeten staan in hun strijd tegen de machine, zoals in deze film gebeurt.
4Matheson, T.J. 'Marcuse, Ellul, and the Science-Fiction Film: Negative Responses to Technology', in: Science Fiction Studies, vol. 19, nr. 3 (november 1992), p. 332
5Brosnan, 1978: p. 193
6De term 'panopticon' komt oorspronkelijk van Jeremy Bentham en is verder uitgewerkt door Michel Foucault (in: Foucault, Michel. Surveiller et punir: naissance de la prison. Parijs: Editions Gallimard, 1979: p. 197-229), waarmee hij een type gevangenis aanduidt waarin alle gevangenen door één bewaker in de gaten worden gehouden, terwijl deze bewaker zelf voor de gevangenen onzichtbaar blijft. Vergelijkbaar houdt Colossus de hele wereld in de gaten via satellieten en camera's, maar hijzelf blijft vrijwel onzichtbaar: in deze context is dus ook sprake van een panopticon.
7Matheson 1992: p. 332
8Kozlovic 2003: p. 350-351
9Anderson 1985: p. 19
10Colossus: The Forbin Project is gebaseerd op het boek Colossus van D.F. Jones. Jones schreef een tweede boek, The Fall of Colossus, waarin het regime van de computer overwonnen werd. Een tweede film is er nooit gekomen wegens teleurstellende opbrengsten van de eerste, waardoor het lot van de mensheid hier in het ongewisse blijft.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten